Hoe je een speech begint: de vijf TED-klassiekers

Vorige week vertelden we je dat je niet altijd je speech hoeft te beginnen als ware het een TED-speech.

Ik bedoelde niet Father Ted, ik bedoelde TED!

Sterker nog: we vertelden je dat je het vaak maar beter niet kon doen. Duik er maar gelijk gewoon in. Kom direct ter zake. Werkt vaak beter.

Maar: jullie, lezers, waren onverbeterlijk. Onze mailbox liep gelijk over met mails die vroegen: ok, ik weet nu dat ik het niet hoef te doen, maar toch…wat is dan het geheim van een TED-waardige introductie? Hoe kan ook ik als een échte Amerikaan preken op de kansel van Technologie, Onderwijs en Design?

Nou ja, bij deze dan.

Voor ik je het lijstje geef, eerst even dit: goede TED-intro’s hebben een functie. Nee: ze hebben meerdere functies. Hier zijn ze, op volgorde van belangrijkheid:

  1. De aandacht trekken
  2. De aandacht trekken
  3. De aandacht trekken

Natuurlijk, een goede intro vertelt het publiek óók het onderwerp van je presentatie. En ja, de intro is ook de eerste indruk van jou als spreker: heb jij ethos – ofwel, ben jij vriendelijk en vaardig?

Maar de belangrijkste functie is: aandacht trekken. Zorgen dat ze aan je spreekwoordelijke lippen hangen. En om dat te doen, moet je wat haakjes erin slaan. In je lippen. Ik geloof dat de metafoor wat met me wegloopt, hier.

De vijf klassieke TED-intro’s

Hier heb je het dan: de lijst met haakjes, de standaardtechnieken die je veel bij TED gebruikt ziet:

  • Interacteer met het publiek
  • Deel een raadsel met het publiek
  • Deel een anekdote met het publiek
  • Laat het publiek een verassende gimmick zien
  • Deel iets persoonlijks

Daar heb je ze: de vijf basis-intro’s. Natuurlijk zijn er meer te verzinnen. Maar dit zijn de vijf die de Amerikanen keer op keer als beste getest hebben. En het mooie is: ze worden nog beter, als je ze combineert. Kijk maar mee:

Sinek lanceert een miljoenenbusiness met bullshit

We hebben het er al eens over gehad: Start with why is volkomen onzin. Maar alle respect naar Simon Sinek dat hij met die onzin stinkend rijk is geworden. En hij begon daar zo’n beetje mee op deze TED-talk. En luister eens naar de intro: welk van de bovenstaande vijf herken jij?

Hier is wat hij doet: hij deelt drie raadsels met het publiek. Maar die raadsels zijn geen abstracte eindexamenvragen (‘een lichaam met massa van 150 kilogram valt van 3 meter hoogte….’): Sinek brengt ze als anekdotes.

Dan verhoogt hij onze nieuwsgierigheid door het persoonlijk te maken: ‘about three years ago, I made a discovery…’. En ook dít is weer een combinatie van technieken: het is niet alleen persoonlijk, het klinkt ook als het begin van een anekdote én het is een raadsel. Wat wás die ‘discovery’ dan?

Wij mensen kunnen er niks aan doen, we willen gewoon té graag weten wat er in die raadselachtige doos zit.

Ook al weet je echt wel dat je er maar beter niet in kan kijken

Pamela Meyer ontmaskert JOU

We hebben je wel door hoor. Stiekemerd. Dacht je dat je ermee wegkwam? Dat niemand je doorhad? Nee dus: wij hebben je door. JIJ.

JIJ

Bent een dikke, vette, leugenaar.

Dat is hoe Pamela Meyer haar praatje begint over hoe je leugenaars ontmaskert:

En hiermee doet ze gelijk twee dingen: ten eerste, ze interacteert met het publiek door ze direct aan te spreken. En ten tweede: ze roept een raadsel op: wat is er? Wie is er een leugenaar? Wacht…ik ook?  En hoe kan ik anderen ontmaskeren?

Alleen Slavoj Zizek zou de ironie benoemen dat het raadsel blijkbaar niet is: ‘hoe kan ik ophouden met liegen?’

Of dat een leugen soms meer waar is dan de waarheid – en verder, hegemonizing, multiplicity, wat? Huh?

Daarna volgt nog een persoonlijke ontboezeming middels een anekdote: blijkbaar heeft ze een straatverbod gekregen, wil niemand meer met haar samenwerken en mag ze niet meer de Starbucks in omdat ze heel goed leugenaars weet te ontmaskeren.

Is dat waar? Nee, natuurlijk niet. Naar wie luister je ook alweer?

Maar klinkt het lekker?

Ja.

Absoluut.

Zo ontzettend lekker.

Aimée Mullins heeft twaalf paar benen

Wat? Huh? Dat is nóg verassender dan de drummer van Def Leppard die maar één arm heeft.

You gotta see it to believe it, man

Niet alleen begint Aimee met een raadselachtige titel, ze komt direct daarna al met de gimmick, het meenemen en eventueel zelfs uitdelen van een concreet ding: terwijl ze begint worden haar twaalf paar kunstbenen uitgestald. Dan volgt er ook een persoonlijke anekdote: ‘ik sprak met een groep kinderen…’.

En vervolgens vertelt ze in die anekdote hoe de kinderen zelfs met de ‘gimmick’ mochten spelen: aanraken, ermee experimenteren…in één woord: geniaal.

Nou, daar heb je ze dus: de vijf TED-klassiekers. Nogmaals: bij veel presentaties hoef je ze niet te gebruiken. Maar als je ze toch doet, doe het dan goed: leer van de grootmeesters hierboven en combineer de vijf klassiekers. Break a leg!

 

 

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *