#%$%@%@ wat een blunder

Dit even voorop: wat een blunder van de bovenste plank van Ollongren, zeg. Tuurlijk, het gebeurt vaker, dat een politicus per ongeluk zich in de kaart laat kijken. Van GroenLinks-formateur Bram van Ojik bij de vorige formatie in Nederland, tot Belgisch oud-premier Jean-Luc Dehaene die zich in 2007 óók al in de papieren liet kijken.

Vanuit communicatieperspectief is er gelijk een goede les te trekken. En wel deze:

Mediatrainingen hebben dus tóch nut

Mensen vragen ons vaak: wat doen jullie nu op zo’n mediatraining? En het antwoord is eigenlijk altijd: weinig anders dan deelnemers leren om open en transparent te zijn. Niet draaien, geen uitvluchten, en zeker niet, nooit, ter plekke iets verzinnen (zoals John Leerdam wél deed…woeps!).

Én om zich bewust te zijn van de kleine momenten van zwakte waarin journalisten je te pakken kunnen nemen. Want als ze dat eenmaal kúnnen, dan zullen ze dat doen ook. En keihard, ook: geen enkele fout wordt vergeven. Denk maar aan Balkenende, die zichzelf bij een verkiezingsdebat in 2010 in een hoek draaide en er dacht met een flauw grapje uit te kunnen komen.

Niks ervan -> exit -> en terecht.

Unfair van de pers? Misschien, maar dat is nu eenmaal wat hoort bij hun rol als waakhond van de democratie.

En dus is het een goed idee voorbereid te worden, als politicus, op de valse vragen, de gemene vragen, de drogredelijke vragen die je krijgt. Om er dan vooral even aan herinnerd te worden dat je gewoon bij de waarheid moet blijven. Je eigen, authentieke verhaal.

Journalisten mógen op de man (ad hominem) spelen, en het enige verweer dat je hebt als politicus: stug op de bal blijven spelen. Ad rem dus, vandaar de naam – aangenaam.

Check yourself before you wreck yourself

En soms vertellen we je ook op zo’n training dat je een goede persoonlijke hygiëne moet hebben. Waarmee we vooral bedoelen: check in vredesnaam voor je de deur uit gaat, wat je mee hebt. Niet of je je tanden wel gepoetst hebt en of je haar goed zit. Dus:

Openstaande mappen? Niet doen.

Een rondslingerende USB? Niet doen.

Funshoppen of porno kijken op je laptop tijdens de raadsvergadering? In vredesnaam, hou op zeg.

Ga ervan uit dat bij alles wat je doet, zegt, opzoekt, wat dan ook, er iemand over je schouder kán meekijken. En je telefoonscherm, laptopscherm, aantekeningenboekje kan uitvergroten. Als je dit niet in het publieke domein wil hebben, doe het dan niet, is de simpele regel.

Kijk: het is ergens wel logisch dat je als verkenner wil weten hoe stabiel een kabinet met het CDA precies kan zijn. Een kabinet is immers zo sterk als haar zwakste pijler, en met een intern verdeeld CDA dat eigenlijk zelf het liefste Omtzigt onder de figuurlijke bus wil gooien, is de vrees dat zo’n kabinet niet stabiel is, best aanwezig. Dus allicht dat je ernaar vraagt.

Maar nu is de perceptie ontstaan dat de verkenners het zich hebben aangemeten een mening te hebben over een specifiek Kamerlid. Dat zullen ze écht niet bedoeld hebben, maar dat is nu wel de perceptie, en daar heb je mee te dealen. Hier was voorkomen écht beter dan genezen geweest.

En nu dan?

Zoals CDA-chroniqeur PG Kroeger het vanochtend bij Sven Kockelmann in 1-Op-1 verwoordde: dit is een clusterf*ck.

Eentje die zijn weerga niet kent. Dus één ding is zeker: ik kijk alvast uit naar het debat hierover in de Kamer, komende week.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *