Wees de spreekwoordensmeerkees

Je kent het wel: je luistert naar de zoveelste presentatie over een innovatieve transitie naar een bedrijfscultuur die volledig ge-aligned is met de strategie en…zzzzzzz…..

Dankzij Japke D. Bouma (held!) weten we dat we het soort jeukwoorden zoals die hierboven staan als de pest moeten vermijden. Maar wat kun je in plaats daarvan zeggen? Hoe spreek of schrijf je beeldender?

Niet aan een olifant denken

Traditionele presentatie- of schrijftrainingen vertellen je vooral wa je niet moet doen: vermijd jargon, vermijd smurfwoorden, vermijd slappe stijlfouten zoals de passieve stijl, de voorzetseluitdrukking of de ironisch gedoopte nominalisatie. En dat is allemaal goed advies – vandaar dat we dit ook delen op onze schrijftraining.

Maar dit advies om iets niet te doen is niet genoeg. Het vertelt je namelijk niet wat je dan wel moet doen. Sterker nog: door te zeggen wat je juist niet moet doen, is de kans groter dat je het juist wél gaat doen. Net als het fameuze bevel ‘denk niet aan een roze olifant!’ – het instinctieve, primaire deel van ons brein kan dan niet anders dan tóch aan een roze olifant denken, als een onbeheersbare peuter: ‘waar moest ik ook alweer niet aan denken? Ohja: EEN ROZE OLIFANT, hahaha – oh… nu ben ik af”.

Dus: al die vaagtaal, waar moet je die mee vervangen? Het antwoord: beeldend spreken en schrijven. In jargon (potdomme, daar is die roze olifant weer!) heet dat: figuratief taalgebruik. En een bijzonder leuke vorm daarvan is volop gebruik maken van spreekwoorden. Hieronder lees je hoe je dat doet.

Beeldspraak bij de beesten af!

Begin met het onderwerp dat je al hebt. Schrijf je speech of je position paper erover, en leg deze dan opzij. Niet meer naar kijken, totdat wij het zeggen!

De volgende stap: neem een concreet maar generiek woord of term in gedachten. Met concreet bedoelen we: het moet iets tastbaars zijn. Dus: ‘fiets’ volstaat wel, maar ‘vrijheid’ niet – dat is te weinig tastbaar. Met generiek bedoelen we: het moet een wat algemener woord zijn. Dus ‘beest’ volstaat wel, maar ‘professor Grunschnabel Chococo-ijs’ niet – dat is te specifiek.

Ga vervolgens vrij associëren met dat ene woord, door er zoveel mogelijk spreekwoorden en gezegden bij te verzinnen. Vrij associëren betekent écht vrij. Dus, als je bijvoorbeeld het woord ‘beest’ neemt, dan kun je spreekwoorden en gezegden verzinnen waar het woord ‘beest’ in voorkomt:

– Het is een beestenboel
– Het is bij de beesten af
– Huisje, boompje, beestje
– Het beest bij de naam noemen
– De aard van het beestje
– De beest uithangen

Maar voel je ook vrij spreekwoorden en gezegden op te schrijven die een voorbeeld van een beest bevatten, zoals olifant:

– Als een olifant in de porceleinkast
– Van een mug een olifant maken
– Een olifantshuid hebben
– Een geheugen als een olifant hebben

Enzovoorts, enzovoorts. Hoe meer spreekwoorden en gezegden, hoe beter. Want hier komt de laatste stap:

Maak er een beestenboel van

Maak er een lekkere beestenboel van door je onderwerp te beschrijven in zoveel mogelijk van deze spreekwoorden en gezegden. Terwijl je schrijft komen er vast nog meer spreekwoorden en gezegden op. Gooi die ook gewoon in de mix!

Dus, de organisatieverandering waar we hierboven mee begonnen (transitie, innovatief, blabla) wordt dan:

“In de afgelopen jaren is ons bedrijf verdwaald in de wildernis. We zien door de bomen het bos niet meer en liggen ‘s nachts wakker van het gehuil van wilde wolven die ons van alle kanten bedreigen. Maar niemand die dit beestje bij de naam durfde te noemen. Niemand die durfde te zeggen dat het een beestenboel geworden was.

Tot vandaag! Met ons plan stampen we als een olifant door de porceleinkast. Ja, we schoppen heilige huisjes omver. En dat is precies de bedoeling. Als we namelijk niet een beetje de beest uithangen, gebeurt er niks. Dan komen we de jungle niet uit. We moeten de boel wakker brullen!”

Natuurlijk is dit erg overdreven. En dat is precies de bedoeling: je strekt je mentale spieren uit om zo op een andere, beeldender manier te spreken of te schrijven over wat je bezig houdt. Je trekt het in het extreme, zodat je goed het contrast kunt zien met wat je anders doet.

De laatste stap is dan deze Augiasstal van spreekwoorden een beetje opruimen: doorspek de eerste tekst die je schreef met spreekwoorden, op de plek waar het past, zodat je een goed gebalanceerde, treffende tekst krijgt. Klaar is de spreekwoordensmeerkees!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *