Hoe lang duurt een generatie in de politiek?
Als ik een dubbeltje had gekregen voor elke keer dat ik de ‘wet dualisering gemeentebestuur’ aanhaalde op een training debatteren voor gemeenteraden, dan was ik nu ontzettend rijk geweest.
Want: sinds 2002 had de wetgever bedacht (in navolging van de staatscommissie Dualisme en Lokale Democratie, onder professor Douwe Jan Elzinga) dat het tijd was om eens wat méér te debatteren in de raad en de commissie. Wég met het ‘monistische’ idee dat wethouders zelf in hun eigen commissies zitten (of nondeju, zelfs de commissie voorzitten, dat gebeurde ook nog wel eens), en hallo ‘dualisme’!
Dat dualisme hield dan in dat de raad méér een eigen, onafhankelijke positie in het politiek-bestuurlijke bestel zou krijgen. Meer in lijn met de trias politica van Montesquieu en met de checks and balances van de Amerikaanse Founding Fathers: raadsleden kregen nu een duidelijker taak om kaders te stellen, te controleren en het volk te vertegenwoordigen. Om daarbij te helpen kregen ze een eigen ambtelijke organisatie en een rekenkamer erbij.
Helder, zou je zeggen. Maar in de afgelopen 23 jaar is er van die dualisering niet genoeg terecht gekomen. Echt: 23 jaar, nog steeds niet. En de reden: bij de invoering hield niemand rekening met de eerste les die elke veranderkundige leert op Nyenrode:
‘culture eats strategy for breakfast’ – Peter Drucker
Want anno 2025 kom ik ze nog te vaak tegen: de raadsleden die in de commissievergadering liever uitsluitend vragen stellen, en uitsluitend ‘aan de wethouder’. Die liever in de achterafkamertjes compromissen tussen coalitiegenoten sluiten dan met open vizier het debat aangaan. Die ‘debat’ en ‘politiek profileren’ eigenlijk maar een beetje vieze woorden vinden, en liever op de stoel van een schijnbaar neutrale bestuurder hadden willen zitten.
Die raadsleden doen dat echt niet uit kwade wil, laat ik dat vooropstellen. Ze doen dat want: ‘zo ging het hier altijd’. Oftewel, het is de gewoonte geworden. Oftewel: het is de cultuur.
Gelukkig zie ik wel, 23 jaar na dato, veranderingen komen. Een nieuwe generatie gemeenteraadsleden wil het anders doen: meer debat, meer dualisme en meer argumentatie op inhoud. Het is alleen jammer dat die cultuurverandering zo langzaam gaat. Verrassend is dat niet: de natuurkundige Max Planck schreef over zijn eigen vakgebied al eens dat een nieuwe wetenschappelijke waarheid niet zomaar geaccepteerd wordt: het is eerder zo dat de oude generatie langzaam uitdooft en de nieuwe generatie gewoon met de nieuwe waarheid is opgegroeid.
Hoe lang duurt een generatie in de lokale politiek? 23 jaar, blijkbaar.
En nu?
AD REM helpt graag met het nu eindelijk eens voor elkaar boksen van die langverwachte cultuurverandering in de gemeenteraad. Kijk hier voor ons trainingsoverzicht voor politiek en bestuur.